Kenmerken: Nieuwe stad / Strategie en visie
Locatie: Antwerpen, Linkeroever
Opgave: Ontwerpend onderzoek naar enerzijds verdichtingsstrategieën om de toekomstige bevolkingsgroei in Antwerpen zo goed mogelijk op te vangen en anderzijds het ontwikkelen van een ruimtelijke visie ontwikkelen voor
de 20ste-eeuwse gordel
Samenwerking: Palmbout Urban Landscapes, Blauwdruk
Stedenbouw, Feddes Olthof Landschapsarchitecten
Publicatie: Labo XX, kiezen voor de twintigste-eeuwse gordel
Tentoonstelling: deSingel Antwerpen, voorjaar 2015
Datum: 2013-2014
Identiteit
Binnen en buiten de Ring
Antwerpen beleeft een stedelijke renaissance. De succesvolle politiek van stadsontwikkeling heeft haar werking vooral Intramuros, Antwerpen binnen de Ring. De oude stad heeft langzamerhand een sterke identiteit verworven, kwalitatief en optimistisch over de toekomst. Labo XX gaat over de toekomst van Antwerpen buiten de Ring, de 20ste-eeuwse gordel. De identiteit van dit gebied is niet zomaar te duiden. Een lappendeken van verschillende morfologische fragmenten. Een open stad, zonder de ijzeren logica van straten en bouwblokken die zo kenmerkend is voor de gesloten stad binnen de Ring. Een diffuse stad, enkele jaren geleden door Bernardo Secchi en Paola Vigano getypeerd als ‘een territorium van bewoonde plekken met problemen van verval, veroudering en segregatie’.
Publieke ruimte
Antwerpen zal blijven groeien. Dat gaat gepaard met een verschuiving in de bevolkingssamenstelling. Bovendien zal de 19e-eeuwse gordel steeds duurder worden. We zullen Antwerpen buiten de Ring beter moeten positioneren als aantrekkelijk alternatief voor de oude stad. In onze ogen is het verbeteren van een samenbindende structuur van (nieuwe) publieke ruimten, passend bij de wensen en noden van de toekomstige bevolking, een cruciaal onderdeel van de kwalitatieve vernieuwing van de 20ste-eeuwse gordel. Het is van strategisch belang om deze structuur te benutten als identiteitsdrager van de Tussenstad.
Strategie voor open ruimte
Verdichting van de 20ste-eeuwse gordel laat toe om de aanwezige groenstructuur van groene lobben beter te vervlechten met het stedelijk gebied. Het grote potentieel van de groene lobben vormt daarmee aanleiding voor het opwaarderen en verknopen ervan met andere groene functies tot een nieuwe stedelijke groenstructuur. Een structuur die ecologische verbindingen tussen stad en buitengebied legt (natuurwaarden, biodiversiteit, waterretentie) en die ruimte biedt aan groene functies voor de 20ste-eeuwse gordel (ontspanning, sport, recreatie, stadslandbouw).
We willen de verstedelijking richting geven vanuit de mogelijkheden van het landschap. Onze strategie is gericht op het aanbrengen van meer structuur en ruimtelijk-functionele samenhang tussen de open ruimte en het stedelijk gebied. Ze bestaat uit een combinatie van ontwikkelkracht op vier niveaus:
– Landschapsontwikkeling;
– Ontwikkeling van groenblauwe netwerken en zachte routes;
– Ontwikkeling van achterkanten, lege kavels en restruimtes
tot stedelijke voorkanten aan de open ruimte;
– Herontwikkeling en verdichting bestaand weefsel nabij de open ruimte.
Ontwerpend onderzoek
Tussenschaal
Centraal in ons ontwerpend onderzoek staat de tussenschaal. Deze positioneren we tussen structuurplan en masterplan. De tussenschaal zien we als een planniveau waarop we ruimtelijke verbanden en structuren kunnen onderzoeken. Bij de tussenschaal hoort een precieze manier van tekenen, waarin potentiële relaties tussen schalen en sectoren aannemelijk worden gemaakt. Tekenen op de tussenschaal is zeker niet bedoeld als een voorstel voor een ‘grand project’. De reconversie van Antwerpen buiten de Ring zal een accumulatieproces van kleinere en grotere acties zijn, voortkomend uit zowel landschaps- als stedelijke ontwikkeling. Onze strategie valt niet om als onderdelen niet of anders worden uitgevoerd. Wel biedt de tussenschaal een streefbeeld, een ijkpunt voor beleidsafstemming en initiatieven. De tussenschaal brengt een groter gemeenschappelijk belang in beeld, waartoe overheden, burgers, bedrijven en investeerders zich kunnen verhouden. De tussenschaal is een strategisch instrument, dat richting kan geven aan acties of dat acties onderdeel kan maken van een bredere strategie. Op basis van kleinschalige tests kunnen we zo grootschalige ambities realiseren.
Studiegebied
Ons studiegebied is Hoboken-Wilrijk (tussen Schelde en autosnelweg A1, op het snijvlak van open ruimte en stedelijk gebied). In deze uitsnede is de open ruimte sterk versnipperd en is het planologische concept van de Vingerstad nauwelijks meer herkenbaar in het terrein. Bovendien heeft dit stedelijk gebied nood aan kwalitatieve vernieuwing vanwege maatschappelijke veranderingen en relatief veel lege kavels of vrijkomende terreinen.
Methodiek
Ons ontwerpend onderzoek is opgezet als een atlas waarin analyses en ontwerpstudies zijn samengebracht. Waarnemingen en ‘speculaties’, die tezamen de potentie van een strategie voor open ruimte duidelijk maken. In de tekeningen leggen we verbanden tussen verschillende beleidsdomeinen en beleidsniveaus. We schakelen tussen drie schaalniveaus. Centraal staat de schaal van de stadsuitsnede. Vanuit deze schaal zoomen we uit naar het regionale schaalniveau om beter zicht te krijgen op de potenties van de groene lobben. En we zoomen in naar het schaalniveau van bouwblokprojecten voor de verkenning van concrete verdichtingsmogelijkheden, de reconversie van bestaand weefsel en de mogelijkheden tot een betere vervlechting van stad en open ruimte. Voor de stadsuitsnede onderzoeken we de mogelijkheden van een strategie voor open ruimte (streefbeeld) en schetsen hiervoor een procesarchitectuur (coalities smeden). De ontwerpstudies laten voor vier plekken zien hoe acties op microniveau zich kunnen oriënteren op de strategie voor open ruimte. Deze ‘zooms’ bieden een tafereel van de tussenschaal, waarop vernieuwing en verdichting in beweging worden gezet.